Projecten

Projectstructuur

Trillingsmetingen via Frogwatch worden gedaan vanuit de context van een project. Projecten zijn ingedeeld in clusters die elk hun eigen instellingen hebben. Meetpunten bestaan binnen een cluster, vaak representeren die een fysieke locatie waar gemeten moet worden.

Vervolgens wordt er een Frogwatch Meter in het meetpunt geplaatst om de trillingsdata te verzamelen. Dit is heel flexibel, want de data hoort bij het meetpunt, niet bij de meter. Dus je kunt de meter in een meetpunt zonder problemen vervangen.

ProjectStructuur.

Clusters

Het aanmaken van clusters en meetpunten gebeurt in het Clusters menu binnen een project. Hier zijn meestal drie stappen nodig:

  1. Maak een cluster aan. Geef het cluster eventueel een logische naam.
  2. Voeg meetpunten toe aan het cluster. Aan de meetpunten kan opnieuw een naam gegeven worden.
  3. Selecteer een Meter die de metingen van het meetpunt gaat uitvoeren.
  4. Activeer de meter in het meetpunt door op het link-icoon te klikken. LET OP: als een meter op dat moment nog actief is in een ander project zal deze stoppen met meten en de meetinstellingen van het nieuwe cluster krijgen.

sensorlink.

Zodra er meetdata is ontvangen voor 1 van de meetpunten binnen een cluster wordt de meetconfiguratie gelocked en kan het cluster niet meer verwijderd worden.

Een meter kan op elk moment verplaatst worden naar een ander meetpunt, maar kan op een later tijdstip ook weer teruggeplaatst worden in een vorig meetpunt door opnieuw op het link-icoon te klikken.

Meetconfiguratie

Per cluster kan er een meetconfiguratie worden ingesteld. In de configuratie kan bepaald worden

  • Wanneer er gemeten wordt: op welke dagen en tussen welke tijdstippen
  • Hoe er gemeten wordt: Volgens welke methode, in welke eenheid
  • Hoe wordt de meting getoetst: Wordt er een norm gebruikt, en welke?

Meetperiode

Er kan ingesteld worden op welke dagen van de week er gemeten wordt en vervolgens tussen welke tijdstippen op die dagen de meetpunten actief zijn. Buiten deze periode zijn de meters in stroombesparingsstand en wordt er niet gemeten. De meters maken alleen af en toe verbinding maken met het Frogwatch Dashboard om te checken of er nieuwe instellingen zijn.

De meting start elke groen gemarkeerde dag op de opgegeven starttijd en stopt als de eindtijd is bereikt. In het voorbeeld hieronder is de meting maandag t/m vrijdag actief van 06:00 uur 's ochtends tot 18:00 's avonds. Wil je 24/7 meten zonder onderbrekingen? Met de knop continu meten worden alle dagen actief van 00:00 t/m 23:59. De meting loopt dan door zonder te stoppen.

Meetperiode

Meetmethode

Op dit moment worden er 4 meetmethodes ondersteund:

  1. Schademeting Snelheid (SBR A/C). Meten met een schadenorm in het snelheidsdomein werkt volgens de SBR A richtlijn. Dat wil zeggen dat er elke seconde één datapunt per as (x, y en z richting) wordt uitgerekend. Een datapunt bestaat uit de dominante frequentie en de bijbehorende topwaarde (snelheid of acceleratie) over een window van 1 seconde. De dominante frequentie wordt bepaald aan de hand van de norm. De norm is gedefinieerd over het bereik van 1 - 100 Hz. De frequentie met de meeste energie ten op zichte van de norm is de dominante frequentie (dit wordt bepaald via een Fast Fourier Transformatie). De topwaarde wordt bepaald in het tijdsdomein. Voor meer informatie zie de officiële documentatie over de SBR A en C richtlijnen. Ook kan er zonder norm gemeten worden. Dat wil zeggen dat de frequenties niet gewogen worden en dat er geen toetsing op normoverschrijdingen plaatsvindt.
  2. Schademeting Acceleratie (SBR C). In deze methode wordt er gemeten in het acceleratiedomein, verder is deze methode equivalent aan Schademeting Snelheid. Deze mode is geschikt voor SBR C-acceleratie normen.
  3. Hindermeting (SBR B). Deze methode gaat volgens de SBR B richtlijn. Dat wil zeggen dat er elke 30 seconde een datapunt wordt uitgerekend waar een Vmax uit volgt. Dit is een dimensieloos getal gerelateerd aan de trillingssnelheid (Een effectieve waarde gemiddeld over 30 seconde). Deze methode is dus te gebruiken met SBR B normen (en ook zonder toetsing aan een specifieke norm).
  4. Kalibratie. Kies deze meetmethode als uw meters gekalibreerd moeten worden. Dit zorgt automatisch voor de juiste meetinstellingen. Ook wordt in deze methode de trillingsdata niet verstuurd naar het Frogwatch Dashboard om de kalibratie sneller te laten verlopen.

Toetsing

In de meeste gevallen zul je willen toetsen of de gemeten waarden een bepaalde norm overschrijden. Kies dan in de dropdown één van de beschikbare normen. Staat de gewenste norm er niet tussen? Je kunt deze zelf toevoegen in het hoofdmenu normen. Behalve de gangbare SBR normen kun je zo ook heel flexibel zelf een speciale norm toevoegen voor bijvoorbeeld SBR C metingen.

Je kunt de toetsing ook uitgeschakeld laten. In het geval van SBR A/C wordt de dominante frequentie dan niet gewogen aan de norm (die is immers niet ingesteld), maar geldt de frequentie die hoort bij de hoogste piek in het FFT spectrum als dominant.

In onderstaand voorbeeld is de norm SBR A Cat 1 geselecteerd. Je ziet in donkerblauw deze norm getekend zoals deze in de SBR gedefinieerd is. Vervolgens kun je verschillende veiligheidsfactoren invullen, deze kies je aan de hand van het type meting, trillingsbron en bouwkundige staat zoals in de SBR beschreven. In de grafiek zie je in het groen de effectieve norm zoals deze zal worden toegepast: dit is de originele norm gedeeld door alle veiligheidsfactoren.

Toetsing

Bewaking

Als je bij toetsing een norm hebt gekozen verschijnt de Bewaking-sectie. Hier kun je instellen wie er een melding krijgt als het trillingsniveau een bepaald percentage van de norm bereikt. Dit percentage kun je per contactpersoon instellen. Zo kun je bijvoorbeeld jezelf een waarschuwing sturen bij 75% en pas een alarm naar je klant sturen als de 100% overschreden wordt.

Alarmeringsgevoeligheid

Het minimaal aantal overschrijdingen dat moet optreden binnen een minuut voordat er een alarm wordt uitgestuurd. Als er bijvoorbeeld 3 wordt ingesteld, dan wordt er alleen een overschrijdingsbericht gestuurd als er binnen 1 minuut 3x een bepaald trillingsniveau is gemeten.

Alarminterval

De minimale tijd in minuten die tussen elk opvolgend bericht(sms of email) moet zitten. Deze instelling werkt als een rate-limit en zorgt er voor dat contactpersonen niet te vaak meldingen krijgen, ook al zijn er wél overschrijdingen. Het idee is om te voorkomen dat er zoveel 'vals alarm' gestuurd wordt bij stoortrillingen dat de echte overschrijdingen vervolgens genegeerd worden. Overschrijdingen worden overigens wel altijd doorgegeven aan Frogwatch Dashboard.

Contactpersonen

In de contactpersonen tabel kan ingesteld worden wie er een bericht krijgt bij een bepaald trillingsniveau ten opzichte van de norm. De norm is hierbij 100%. Dus om meldingen te ontvangen als het trillingsniveau bijna een normoverschrijding veroorzaakt vul je bijvoorbeeld 95% in voor een bepaald contactpersoon.

Contactpersonen worden per project toegevoegd. Dit gebeurt in het Toegang menu binnen het project. Daar kan ook ingesteld worden of contactpersonen via sms of email gealarmeerd worden, en op welke dagen dit wel of niet mag gebeuren.

Voorbeeld

In onderstaand voorbeeld is een Alarmeringsgevoeligheid van 3 overschrijdingen per minuut en een Alarminterval van 6 minuten gekozen. Dit betekent dat er alleen een alarm verstuurd wordt als zowel:

  1. Er in totaal minimaal 3 overschrijdingen waren binnen de afgelopen minuut
  2. In de 6 minuten daarvoor er niet al eerder een alarm is uitgestuurd naar de desbetreffende contactpersoon

Bewaking

Traces

Met traces kun je extra gedetailleerde informatie inzien: een trace is een stukje realtime meetdata dat opgeslagen kan worden rondom een zogeheten trigger moment. Je kunt zelf instellen wat dit trigger moment veroorzaakt en hoe lang de trace is die opgeslagen wordt.

Trigger Source

Als eerste kies je hier wat de trigger veroorzaakt, door het kiezen van de Trigger Source. Je kunt kiezen uit twee verschillende types:

  • Een percentage van de norm: kies Normoverschrijding
  • Een vaste trillingswaarde in mm/s of mm/s2 : kies Trillingswaarde.

In de meeste gevallen zal 100% van de norm een goede waarde zijn. Een vaste trillingswaarde kan handig zijn als je bijvoorbeeld de oorzaak van een bekende trilling wilt achterhalen. Let wel op dat je niet een te lage waarde kiest om het aantal traces overzichtelijk te houden.

Trigger window

Dit bepaalt hoeveel data je per trigger wilt verzamelen: een aantal seconden vóór (Pre-Trigger) t/m een aantal seconden (Post-Trigger) het overshrijden van de trigger. Meestal is enkele seconden voldoende, je kunt het wat langer zetten voor extra context, bijvoorbeelt als een trilling langzaam opbouwt of uitdempt.

Trace Source

Als laatste kun je nog kiezen welk type data je wilt verzamelen. Meestal staat dit standaard al goed, maar je kunt het onafhankelijk van de Trigger Source aanpassen. Zo kun je bijvoorbeeld kiezen om een trace van acceleratie of de Veffectief op te slaan, onafhankelijk van hoe de Trigger Source is ingesteld.

In onderstaand voorbeeld is zal er bij een normoverschrijding een trace van snelheidsdata worden opgestuurd van 3 seconden voor de overschrijding t/m 10 seconden na de overschrijding.

Traces

Traces inzien

In het hoofdstuk Trillingsdata inzien kun je vinden hoe je de trace data kunt inzien.

ProjectInfo

Op de Info pagina binnen een project kunnen projectdetails en metadata worden ingevuld. Ook kunnen er documenten worden geüpload, bijvoorbeeld meetplannen. Deze pagina kan worden ingezien door opdrachtgevers of andere mensen met een account die toegang hebben gekregen tot dit project.

Als het project afgelopen is kan het project hier gearchiveerd worden. Daardoor verdwijnt het project uit de lijst met actieve projecten. Het project kan op elk moment weer actief gemaakt worden mocht dat nodig zijn.

Meldingen

De Meldingen pagina toont berichten afkomstig van de Meters die actief zijn in het project.

Er zijn 4 soorten meldingen:

  1. Info Dit zijn service berichten die laten weten wanneer een systeem opgestart is, gestart en gestopt met metingen etc.
  2. SBR meldingen worden verstuurd als er een normoverschrijding is geweest. Deze melding laat het exacte tijdstip en trillingsniveau ten opzichte van de norm zien.
  3. Error Als er iets fout gaat tijdens het meten of met de normale operationele activiteiten van een Frogwatch Meter wordt dat gemeld doormiddel van Error meldingen. De meters proberen te detecteren wat er precies fout gaat of wat er kapot is en melden dat op deze manier. Denk aan een kapotte sensor of een corrupte SD kaart. Voor deze meldingen zijn meestal acties vereist van de gebruiker. En eventueel moet de meter een servicebeurt krijgen.
  4. Warning berichten zijn verwachte uitzonderingen die af en toe kunnen gebeuren maar waar de meter zelf van kan herstellen. Deze kunnen vaak beschouwd worden als diagnostische meldingen.

Geplande metingen en self-test

In het menu Project -> status zie je de huidige status van alle meters gegroepeerd op cluster. Via de knop "Plan start/stop" kun je het begin of einde van de meting inplannen. Als de gekozen datum/tijd niet in de toekomst is, zal de planning onmiddelijk ingaan zodra de sensors deze ontvangen.

Project status - cluster.

Geplande start

Zodra je een start inplant zullen alle meters in het cluster:

  • bij het ontvangen van de nieuwe planning een self-test uitvoeren
  • 2 dagen voor het geplande startmoment opnieuw een self-test uitvoeren (indien van toepassing)
  • op het geplande startmoment beginnen met meten volgens de ingestelde meetperiode (status wordt Actief of Standby).

Als een meter toch niet volgens planning actief is, laat het Dashboard een waarschuwing zien. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als je de meter handmatig (tijdelijk) stopzet. Als je dit niet wilt kun je een stop inplannen of de huidige geplande start verwijderen ('vergeten').

Geplande stop

Alle meters in het cluster zullen op het geplande moment de meting stopzetten (status wordt Gestopt).

Rapportage

Frogwatch Dashboard kan automatische rapportages genereren en versturen. Rapportages zijn per dag of per week. Wat er in het rapport staat is flexibel. Er kan per rapport gekozen worden welke meetpunten meegenomen worden voor die rapportage en welke contactpersonen de rapportage moeten ontvangen. Notificaties voor nieuwe beschikbare rapporten wordt 's ochtends rond 8 uur verstuurd per email.

Een rapport kan voorzien worden van beschrijvingen en foto's en afbeeldingen.

Naast automatische rapportage kun je ook een rapport handmatig genereren voor willekeurige tijdsbereiken. Bijvoorbeeld over het laatste uur, of over een hele maand. Handmatige rapportages worden niet automatisch verstuurd maar deze zijn wel te downloaden zodat je ze eventueel zelf kunt versturen.

Toegang

Gebruikers

Als organisatie binnen Frogwatch kun je zelf toegang en rechten verlenen aan andere gebruikers. Er zijn 3 type rollen beschikbaar:

  1. Manager Een manager heeft alle rechten binnen een groep: lezen, schrijven, verwijderen, nieuwe gebruikers aanmaken.
  2. Spectator is een gebruiker die wél leesrechten heeft voor alle projecten en instellingen binnen de groep, maar kan zelf niets aanpassen.
  3. User heeft standaard geen rechten. Deze gebruiker kan niets zien/lezen en ook niet aanpassen. Een manager kan gebruikers toegang geven tot bepaalde projecten via het Toegang menu binnen een project. Dit is vooral bedoeld voor opdrachtgevers die graag mee willen kijken bij bepaalde projecten. Een user kan nooit instellingen aanpassen.

Een nieuwe gebruiker krijgt automatisch een email met een link om een wachtwoord aan te maken.

Nieuwe Gebruiker.

Contacten

Naast gebruikers zijn er ook contacten. Een contact kan niet inloggen op het Dashboard, maar kan informatie ontvangen in de vorm van emails en sms-berichten. Er kunnen berichten verstuurd worden als er normoverschrijdingen gemeten worden, of als er een nieuwe rapport met trillingsdata beschikbaar is.

Contacten worden in tegenstelling tot een user ingesteld per project. Als je een nieuw contact definieert moet je een emailadres en/of een telefoonnummer invullen. Daarnaast moet je expliciet aangeven of er emails en/of sms berichten verstuurd moeten worden. Hiermee kun je meldingen dus aan of uit zetten voor dit contact. Daarnaast is er een meldingmasker waarmee aangegeven wordt op welke dagen er berichten verstuurd mogen worden. Dus bijvoorbeeld alleen op de dagen dat een contact persoon aan het werk is.

Nieuwe Gebruiker.

Trillingsnormen

Via Frogwatch Dashboard kunnen trillingsnormen flexibel gedefinieerd worden. Op deze manier kun je heel gemakkelijk meten via verschillende normen. Op dit moment wordt er onderscheid gemaakt tussen Schadenormen en Hindernormen. Schadenormen kunnen zowel in het acceleratiedomein als in het snelheidsdomein gedefinieerd worden zodat SBR A en SBR C beide zijn ondersteund. Met hindernormen wordt volgens de SBR B richtlijn gemeten.

Schadenormen (SBR A en SBR C)

Ga naar het hoofdmenu item Normen en klik op Schadenormen. Hier wordt een lijst getoond van alle normen die aangemaakt zijn.

Norm Definiëren

Klik boven aan de lijst op + NIEUWE NORM. Doormiddel van Frequentie - Acceleratie/snelheids paren wordt de norm gedefinieerd. Kies het type norm: snelheid of acceleratie. Voeg vervolgens een aantal datapunten toe die samen door middel van interpolatie een norm vormen. Kies een unieke naam voor de norm en klik op OPSLAAN. De Norm verschijnt nu in de lijst.

SBR A Norm.

Hindernormen (SBR B)

Een Hindernorm bestaat, zoals de SBR B richtlijn omschrijft uit 6 waardes. Drie waardes voor de dag en avond periode. En 3 waardes voor de nacht periode.

Norm Definiëren

Ga naar het hoofdmenu item Normen en klik op Hindernormen. Hier wordt een lijst getoond van alle normen die aangemaakt zijn. Klik boven aan de lijst op + NIEUWE NORM. Er verschijnt een popup met 7 invoer velden. De waardes A1, A2 en A3 voor zowel de dag/avond en de nacht periode, en 1 veld voor de unieke naam van de norm.

SBR B Norm

Statusoverzicht Meters

In het hoofdmenu item Meters zie je een overzicht van alle meters binnen de organisatie. Een vergelijkbaar overzicht is ook beschikbaar voor de status binnen één project: ga naar Projecten, en kies een project, of klik op status in het linker menu.

In het overzicht zie je een kolom Status. Deze kolom geeft een samenvatting van wat de sensor precies aan het doen is. In de tabel hieronder wordt toegelicht wat elke status betekent. Betekenis status

Verder vind je in de statustabel nog een aantal kolommen die informatie geven over de meter:

  • Meetperiode: sinds wanneer de meting actief is en wanneer deze het laatst gestopt is.
  • Signaal: een indicatie van het netwerkbereik (100% is perfect, 0% is zeer slecht)
  • Batterij: hoe vol de batterij is en of de voeding aangesloten is.
  • Temp: de temperatuur binnen in de meter. Hieraan kun je aardig inschatten of de meter binnen of buiten staat.
  • Laatste Update: het tijdstip dat de meter voor het laatst contact heeft gemaakt met het Dashboard. Informatie van na dit tijdstip is nog niet beschikbaar.
  • Commando: hiermee kun je een START of STOP klaarzetten voor de meter. Zodra de meter online komt zal de meting gestart of gestopt worden.